tekst: Hans Knot
Het was maandag 9 juli alweer 14 jaar geleden dat Tony Allen overleed op 54-jarige leeftijd. Eind juni dat jaar kreeg ik de informatie dat Tony naar een hospice werd gebracht, het Marie Currie Hospice in Hampstead. De zorg voor Tony bij hem thuis was op dat moment niet langer mogelijk. Het was al 3 jaar bekend dat Tony keelkanker had. Aanvankelijk werd verwacht dat hij begin 2002 zou sterven, maar zijn sterke karakter hield hem langer dan verwacht in leven. In de vroege ochtenduren raakte Tony in coma en stierf in vrede.
Voor wie Tony Allen niet kende: hij was een zeer professionele presentator met een zeer ruime ervaring in muziek, productie en voice over werk. Voor degenen die sinds 1967 met hem werkten was Tony niet altijd dezelfde man als hij op de radio klonk. Hij kon heel moeilijk zijn voor zijn collega's en bemanningsleden van de zendschepen, waarop hij door de jaren heen werkte. Er zijn veel verhalen over zijn wangedrag. In 1972 had ik voor het eerst een ontmoeting met hem en sindsdien heb ik hem meermaals ontmoet.
Gelukkig kan ik je vertellen dat ik nooit de slechte ervaringen heb gehad met Tony, waar anderen veel over gesproken hebben. Hij had altijd een gewillig oor en leek een goede natuur te hebben. Samen hebben we veel herinneringen gedeeld. Hij begon zijn carrière op 17-jarige leeftijd aan boord van de MV Comet van Radio Schotland. Hij probeerde aan boord van de MV Mi Amigo te komen in 1967, nadat de Marine Offences Act van kracht werd. De directeur van Radio Caroline vond het echter niet een goed idee om een jonge jongen voor langere tijd op een schip in internationale wateren te zetten.
Tony moest wachten tot 1971 voor hij zijn carrière als radio-deejay op zee kon hervatten aan boord van het MEBO II, het radioschip van Radio Northsea International. Misschien wel het meest legendarische programma dat ik me herinner was op 30 september 1972, toen Tony officieel RNI2 opende, een radiostation dat korter dan twee dagen lang in de lucht was. Radio Veronica, verhuisde naar 538 meter en zodra de oude 192-zender van Radio Veronica de ether verliet, kwam er een ander sterk signaal op de 192. Het was RNI2, een speelgoedstation van Radio Northsea International, met als doel zich voor te stellen aan de luisteraars van Veronica en hen hopelijk te winnen voor het RNI in de toenmalige toekomst. In deels perfect Nederlands presenteerde Tony Allen met volle vreugde deze opening.
Na zijn RNI-dagen ging Tony naar de Voice of Peace, het vredesstation van Abe Nathan. Samen met een team van technici was er een periode van lang en hard werken in New York, waar de MV Cito van het VOP technisch werd geïnstalleerd. Daarna kwam de reis naar Europa en moeilijke tijden in Spanje en Frankrijk. Het duurde maanden voordat het station eindelijk de internationale wateren voor de Israëlische kust bereikte en Tony dit station weer opende. Hij verbleef lang aan boord van het schip, met een onderbreking in 1976 toen hij een korte periode voor Radio Seagull en Radio Caroline ging werken en in Europa was te beluisteren.
Toen ik in de jaren negentig van de vorige eeuw voor het eerst onderzoek deed voor mijn boek over De Stem van de Vrede, interviewde ik veel voormalige mensen die voor de Voice of Peace hadden gewerkt en bijna elke keer begonnen mensen heel enthousiast te praten over de manier waarop Tony zijn ervaring bij hen kon overbrengen. Hij was een zeer creatieve persoon, niet alleen voor de luisteraar, maar ook om het met zijn collega's te delen. Toen hij mid jaren zeventig terug was in Europa op de MV Mi Amigo presenteerde hij zelfs veel programma's in zijn romantische Nederlands toen er tapes ontbraken van zusterstations als Radio Atlantis en Radio Mi Amigo. Voor Tony was non-stop muziek een taboe. Ook was hij te beluisteren in de periode 1989/1990 op Radio Caroline.
In de jaren tachtig werkte Tony trouwens bij Scottish Television en enkele Ierse commerciële radiostations, zoals Radio Nova, Sunshine Radio en South Coast Radio. Met zijn prachtige stem was hij tegelijkertijd te horen op de Irish Public Radio RTE als voice over. In de jaren negentig was hij tijdens de RSL van 1995 in de Londense haven opnieuw voor één dag te horen. De Ross Revenge lag voor anker in de Docklands en toen ik op een dag het schip op ging om mijn eigen programma te doen, zag ik Tony voor het eerst sinds jaren. Hij was in een zeer slechte stemming toen de toenmalige programmadirecteur Johnny Reece hem had verteld om het schip te verlaten en nooit meer terug te komen.
Tony had na het maken van een programma zijn goede temperament verloren en gaf zure commentaren op jongere deejays. Het zou jaren duren voordat Tony weer werd uitgenodigd om programma's te doen op de satellietversie van Radio Caroline. Jammer dat zijn stem al in slechte conditie was, maar toch was zijn ervaring te horen in de manier waarop hij presenteerde en zijn eigen muzikale keuze maakte.
Nadat bekend werd dat Tony kanker had, heb ik het geluk gehad hem in november 2002 nog een keer te ontmoeten. Het was een verrassing want ik zou officieel Robin Banks op Piccadilly Circus om twee uur op een zaterdagmiddag ontmoeten om gezamenlijk naar een pub te gaan om bij te praten. Hij zat in het verkeer vast en Tony Allen stond daar plotseling een deed zijn armen om me heen als hartelijke begroeting. Wat volgde was weer een middag vol vreugde, een goed biertje en vele herinneringen. Herinneringen die ik met Tony heb gedeeld zal ik altijd in het achterhoofd blijven houden. En ze komen vaak terug in het geheugen zelfs nu, 14 jaar na zijn overlijden.