tekst: Hans Knot
In de maand maart 1967 verscheen er wel heel opmerkelijk bericht in de kranten. Een Japanse marathonloper, die in 1912 tijdens de Olympische Spelen in Stockholm op dit klassieke loopnummer spoorloos verdween, was alsnog door de finish gegaan. Tijdens de openingsceremonie was hij met de vlag van Japan het stadion ingelopen en het was de eerste keer dat een vertegenwoordiging uit Japan meedeed. De ploeg bestond uit precies twee personen.
Liefst 54 jaar, acht maanden, zes dagen, acht uur, 32 minuten en 20,3 seconden nadat hij vertrokken was, passeerde de 76-jarige Shizo Kanakury in het Olympisch stadion van Stockholm de eindstreep. Zweedse officials beloofden Kanakury dat ze zijn prestatie officieel zouden laten vastleggen.
Kanakury veroorzaakte in 1912 door zijn spoorloze verdwijning een grote opwinding in Zweden. Politieautoriteiten hebben destijds weken naar hem gezocht en honderden tips werden zonder resultaat nagetrokken. Het raadsel bleef onopgelost tot 1962, toen een Zweedse journalist ontdekte dat de loper de strijd gestaakt had.
Kanakury verklaarde de verdwijning van destijds na zijn finish in maart 1967 als volgt: “Het was die dag verschrikkelijk warm en tijdens de wedstrijd kwam ik langs een tuin waarin enkele mensen limonade zaten te drinken. Omdat ik verschrikkelijk vermoeid was, stopte ik even en men bood mij een glas aan. Toen ik daarop uitgenodigd werd ben ik ‘s avonds en 's nachts gebleven.”
De dag daarop had Kanakury zich weer bij de Japanse ploeg gevoegd, die evenwel zonder zijn terugkomst te melden naar huis terugkeerde. Toen Kanakury, die op uitnodiging van het Zweedse Olympische comité in Stockholm verbleef, door enkele officials en journalisten met zijn ‘record’ marathontijd werd gefeliciteerd, gaf de Japanner het volgende commentaar: “Dank u wel, het is een lange wedstrijd geweest, waarin ik getrouwd ben, zes kinderen heb grootgebracht en verder tienmaal grootvader ben geworden. En dat kostte allemaal tijd". In 1983 overleed Shizo Kanakury op 92-jarige leeftijd.
Je kunt het heden ten dage niet voorstellen dat het volgende voorval op een soortgelijke manier kan plaatsvinden. Ik neem je mee naar 24 juni 1967. Toen begonnen de Britse veiligheidsdiensten en Scotland Yard een grootscheeps onderzoek naar een vermoedelijk lek in de veiligheidsmaatregelen op het paspoortenbureau in Londen. Het onderzoek werd begonnen nadat drie mannen, zich voordoende als telefoonmonteurs, drie dagen lang ‘gewerkt’ hadden in het kantoor voor paspoorten — destijds een afdeling binnen het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Het onderzoek werd gestart omdat zeven blanco paspoorten uit het bureau waren gestolen en aan bepaalde kasten, bevattende geheime documenten, was geknoeid. De vrees bestond dat de ‘monteurs’ in dienst van een buitenlandse mogendheid stonden. Aangenomen werd dat zich in de kasten, die waren verschoven, gegevens bevonden over Britse diplomaten die in het buitenland destijds dienst deden.
De drie mannen verschenen de daaraan voorafgaande maandag op het paspoortenbureau — 250 meter verwijderd van waar Scotland Yard destijds was gevestigd. Een beambte van het bureau besprak technische details betreffende telefoons met een hunner maar klaarblijkelijk werd de mannen niet gevraagd zich te legitimeren. Ze zeiden dat zij het gehele telefoonnet moesten controleren en bleven drie dagen lang in het bureau bezig.
De dag na hun vertrek ontdekte een beambte dat zeven nieuwe blanco paspoorten, alle met op elkaar volgende nummers, weg waren. Hij meldde dit aan een superieur die de politie op de hoogte bracht. Detectives vernamen op het hoofdpostkantoor dat er helemaal geen monteurs naar het paspoortenbureau gestuurd waren. Onmiddellijk werd een grootscheeps onderzoek ingesteld. Beambten van het bureau konden in het foto-archief van Scotland Yard de ‘monteurs’ niet ontdekken wat het vermoeden deed toenemen dat de mannen spionnen zijn geweest.
Ondertussen was er in juli 1967 ook nieuws te lezen over radio en India. De Indische minister voor geboorteregeling, Tsjandrasechar, had namelijk goedkeuring van de regering gevraagd voor een plan om elke Indiër, die zich liet steriliseren als beloning een transistorradio te schenken. De minister kwam met dit voorstel, terwijl in New-Delhi een conferentie werd gehouden om de Hindoese en Mohammedaanse artsen te winnen voor de geboorteregelingsprogramma's van de regering. Vice-premier Desai zei op die conferentie, dat de beste methode nog altijd zelfbeheersing was. Overigens was de Indische regering van plan sterilisatie bij de wet verplicht te stellen voor alle mannen, die drie of meer kinderen hadden. Het is me niet duidelijk of Philips een offerte heeft uitgebracht voor de leverantie van de transistorradio’s.
Het laatste bericht uit de maand juli 1967, dat ik wil delen, gaat over de toch wel strenge maatregelen die destijds tegen de illegale gebruikers van de middengolf werden geëist. Twaalf etherpiraten, in leeftijd variërend van 19 tot 34 jaar en afkomstig uit Hoogeveen en omgeving, waren namelijk door de Asser politierechter tot celstraffen veroordeeld. Berend B. (19) uit Hoogeveen en zijn broer Johannes (23) werden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 2,5 maand. Twee weken gevangenisstraf kregen de 21-jarige bouwvakarbeider B. G. uit Hoogeveen, de 31-jarige landarbeider G. A. uit Tiendeveen, de 22-jarige P. W., de 20-jarige loodgieter G. van G. en de 23-jarige los arbeider J. B. uit Hoogeveen, de 23-jarige fabrieksarbeider N. F. W. B. uit Elim, de 24-jarige fabrieksarbeider J. S. uit Nieuwlande en de 34-jarige fabrieksarbeider J. K. uit Tiendeveen. B. O. uit Zuidwolde en J. P. uit De Wijk werden bij verstek tot twee weken celstraf veroordeeld. Zo te zien naar het beroepsveld vraag ik me af of alle uitzendingen vanuit hooibergen zijn verzorgd, waar gemakkelijk een zender kon worden verstopt.
Ik wil ook een herinnering aan januari 1972 ophalen want toen werd bekend dat een vijftigtal inwoners van Utrecht een primeur kreeg op het gebied van de telefoon. In plaats van de gebruikelijke kiesschijftoestellen kregen abonnees in de wijk Overvecht de beschikking over een druktoetstelefoon. Deze maatregel stond in verband met het in die maand in gebruik genomen computersysteem, waarop eind 1972 1.000 nummers konden worden aangesloten.
Wel werd gesteld dat als de proef met de computerapparatuur een kans van slagen had, het door Philips ontwikkelde systeem in 1973 ook op de telefooncentrale van Wormerveer worden toegepast. Men was verder van plan in 1975 ongeveer 70.000 nummers in het district Utrecht op de computer aan te sluiten en op de lange duur het gehele land. Het is inmiddels al jaren geleden dat de draaischijftelefoon een plek in het museum heeft gekregen en ook al weer geruime tijd dat de analoge drukknoptoestellen vervangen zijn door het digitale zusje.
Ik vond nog een aantal aantekeningen dat ik ooit in mei 1966, een paar weken voor mijn examen op de middelbare school, maakte. fervent volger van onze plaatselijke voetbalvereniging GVAV, dat bij thuiswedstrijden acteerde in het Oosterpark in Groningen, pende ik allerlei wetenswaardigheden neer omtrent de ploeg. En dat het in mei 1966 totaal anders ging met het volgen van de wedstrijden blijkt uit de aantekeningen:
‘GVAV-film snel naar vliegveld Eelde. Voorafgegaan door een motorpolitie, die met een fluit in de mond ruim baan maakte op de drukke weg door Groningen en via de Rijksweg via Eelderwolde en Paterswolde naar het vliegveld Eelde ging, is in ijltempo de film vervoerd met de opnamen van de ontmoeting GVAV—AJAX. In Paterswolde stoven auto's en fietsers opzij want een ieder die niet goed wist wat er aan de hand was, kreeg er een wild-west-indruk van. Op het vliegveld Eelde stond de motor van de Cessna al te draaien, en in een ommezien was dit NTS-toestel de lucht in.’ De wedstrijd werd op 1 mei met 0-2 verloren tegen Ajax. Twee weken later was het gelukkig andersom en won GVAV met 2-0 van PSV. Later dat jaar in november, waren er liefst 11 doelpunten te zien toen GVAV ten onder ging in het Oosterpark met 3-8 andermaal tegen Ajax. Het waren trouwens wedstrijdbeelden die snel werden ontwikkeld in Hilversum om in de avond vertoond te kunnen worden in het programma ´Sport in Beeld´. En alles was in die tijd alleen in zwart-wit te zien.
Soms kom je van die heel vreemde berichtjes tegen als je op zoek naar iets anders bent. Zo ook toen ik recentelijk in de krant van 6 april 1970 het volgende bericht tegenkwam, nog net niet op de voorkant van de krant: ‘Een meisje dat bezig was een sjaal te breien voor John Lennon heeft bij de politie bekend gemaakt dat iemand het ding heeft gestolen. “Maar hij is gemakkelijk herkenbaar. De sjaal is ruim 150 meter lang en ondertussen", zei de 22-jarige Carolyn Lazarus, “ben ik alvast aan een tweede begonnen". In de eerste sjaal zat wol ter waarde van 85 pond (f 136,--). Waarom het geval zo lang was? Omdat John en Yoko er mee over het niemandsland kunnen reiken dat zich uitstrekt tussen de Sovjet-Unie en China.” Het is de vraag in welke toestand juffrouw Lazarus op dit idee destijds kwam.
Afbeelding geheel boven: 1 mei 1966, Tonny van Leeuwen grijpt de bal weg voor de aanstormende Sjaak Swart - Ge van der Werff [12980642], ANP Historisch Archief, ANP