tekst: Hans Knot
In oktober 1968 waren wel heel veel té positieve voorspellingen te lezen in de diverse dagbladen. Onder het motto: ‘Straks twee dagen werken per week en een half jaar vakantie’ dachten velen dat in de toekomst daadwerkelijk het leefpatroon van een werkende eruit zou gaan zien. De voorspellingen waren afkomstig van de futuroloog prof. dr. Fred L. Polak tijdens een lezing in het internationale Congrescentrum/ RAI te Amsterdam ter gelegenheid van de, destijds, op 11 oktober te openen boekenmarkt.
Hij stelde onder meer: “Wij groeien snel naar een dertigurige en daarna naar een twintigurige werkweek, dat wil zeggen dat de mens in de toekomst per week twee werkdagen en vijf vrije dagen zal hebben. De vakanties zullen groeien naar 13 weken en in Amerika gaan zelfs al stemmen op om af en toe een half jaar te geven. Amerikaanse hoogleraren hebben al iedere zeven jaar een jaar vakantie. Zij zullen spoedig door anderen worden gevolgd. De pensioenleeftijd zal zakken van 65 tot 60 jaar en daarna via 55 naar 50 jaar. Omstreeks het jaar 2000 zal de gemiddelde leeftijd van de mens, dankzij transplantaties en vooral de toepassing van kunstorganen, circa 100 jaar zijn. De vrije tijd van het léven van de doorsneemens in de toekomst zal er als volgt uitzien: de eerste 25 jaar onderwijs en scholing met veel vrije tijd, de tweede 25 jaar enkele dagen per week werken, afgewisseld door lange vakanties en tenslotte 25 tot 50 jaar lang alleen maar vrije tijd."
Hij voorspelde verder een revolutie op onderwijsgebied: “In de zes eeuwen beschavingsgeschiedenis heeft er nog nimmer een massacultuur bestaan. Maar ik geloof dat deze nu komen gaat Er zal een revolutie plaatsvinden op het gebied van onderwijs en scholing: het onderwijs zal niet alleen worden gericht op arbeid en beroep, maar vooral op vrije tijd en vrije tijdsbesteding. Men moet leren leven met vrije tijd en het zal onder meer gebeuren door arbeid in te voeren bij doe-het-zelfbezigheden, ambacht, kunstnijverheid en diverse hobby's, maar ook door de kennis te vergroten.”
En bij dit laatste zou het lezen een grote rol blijven spelen volgens de futuroloog. Een grote verschuiving zag prof. Polak optreden naar de informatie en voorlichting, “Iemand die vandaag is afgestudeerd bezit over vijftien jaar nog maar de helft van de kennis waarin hij zich heeft gespecialiseerd. Er zal in de toekomst door de snelle ontwikkelingen enorme behoefte komen aan het bijspijkeren van de kennis en dit zal, via radio- en televisie-universiteiten gebeuren, begeleid door schriftelijk onderwijs en boeken."
Gelukkig is veel van het voorspelde niet uitgekomen al heeft de weg naar bredere informatievoorziening ons al in 1991 bereikt toen voor de eerste keer het internet voor de gewone gebruiker werd opengesteld en stap voor stap en later met veel grote stappen de wereld voor een ieder opener werd en dus ook voor de informatieverstrekking en meer.
We nemen een duik in het oktober verleden van 1968 toen bekend werd gemaakt dat het VARA televisieprogramma voor tieners: ‘Puntje, puntje, puntje’ nog eenmaal de medewerking zou gaan krijgen van presentatrice Sonja Barend en medewerker Kees van Kooten. De toen 28-jarige presentatrice had besloten daarna van verdere medewerking af te zien omdat ze zich te oud zou zijn gaan voelen een programma voor tieners te presenteren.
Regisseur van het VARA programma was destijds Lex de Rooij en hij maakte naar de omroep bekend dat het accent van het programma in de daarop volgende toekomst meer dan ooit zou gaan vallen op de wereld van de popgroepen. Liefst 60% van het programma zou worden gevuld met muziek terwijl het in de bedoeling lag de resterende tijd te besteden aan informatieve onderwerpen gericht op de doelgroep.
Hij wist tevens te melden dat de presentatie sterk zou gaan veranderen want, zo stond in het persbericht, daarvoor was de bekende ex-Carolinedeejay Robbie Dale gevraagd een belangrijke rol te gaan spelen. De Rooij: ‘Hij spreekt een grappig mengelmoesje van Engels en Nederlands, dat momenteel al op Radio Veronica te horen is. Voor Sonja Barend wordt nog een plaatsvervangster gezocht.’
Maar ook werd bekend gemaakt dat het decor voor ‘Puntje, puntje, Puntje’ vanaf dat moment zou worden verzorgd door Roland de Groot. De gehele sfeer van het programma zou volgens de regisseur meer een Caroline-karakter krijgen. Onder meer zou dit gebeuren met de invoering van audiovisuele station-calls. Robbie Dale zou belangrijke relaties meebrengen.
Niet duidelijk werd het mij of de veranderingen in het programma daadwerkelijk zijn ingevoerd en dus maar een mailtje gestuurd richting The Admiral Robbie Dale. Hij reageerde met: ‘We gaan een kleine 50 jaar terug in de tijd. Ik denk dat Lex de Rooij zijn plannen om er meer een popprogramma van te maken en mij de presentatie te laten doen er bij de VARA niet door kreeg en daarom besloot deze de omroep als directeur televisie te verlaten. Ik was in die tijd door en door een radioman en kan me dus echt niet herinneren of hij werkte met Kees van Kooten en Sonja Barend. Lex heeft dus het concept eerst bij de VARA ingediend en daarna zijn we tezamen met het idee van ‘JAM on TV’ naar Joop Landré van de TROS gegaan. Bij deze omroep waren ze meteen zeer enthousiast om een popmuziekprogramma op de televisie te gaan brengen gericht op een jonger publiek. Lex en ik hebben samen het concept verder uitgedacht en ik herinner me dat de naam ‘Jam’ voor het programma ontstond bij de gedachte aan ‘Jam Sessions’. Lex de Rooij, destijds een intense luisteraar naar de programma’s van Radio Veronica, luisterde altijd met veel plezier en was prettig verbaasd over mijn presentatie in ‘Double Dutch’. Nog steeds gebruik ik het Engels en Nederlands door elkaar maar noem het nu ‘Confused NL’.
Maar er was meer belangrijk nieuws in oktober 1968 want de toenmalige minister voor Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk, Marga Klompé maakte aan de leden van de Tweede Kamer bekend dat doven in de toekomst zouden worden vrijgesteld van luister- en kijkgeld. Dit gebeurde tijdens de uitgebreide behandeling van eventuele veranderingen van de Omroepwet. Verdere details over de beschikking wenste ze niet prijs te geven.
Wel werd zij gedwongen om na 1971 de Wereldomroep te gaan betalen uit de schatkist en niet, zoals in het wetsontwerp werd voorgesteld, uit het luister- en kijkgeld. Het zogenaamde amendement ´Engels´, waarin dit voorstel was neergelegd, kreeg niet alleen de steun van de indieners (KVP, CHU en ARP), maar van de hele Tweede Kamer. Uitzondering hierop waren de stemmen van de VVD, die het er niet mee eens waren voor de Wereldomroep een uitzondering te maken. De oppositie had veel verder willen gaan. De PvdA vertegenwoordiger Voogd diende een amendement in om de Wereldomroep meteen op 1 januari 1969 bij het ingaan van de wetswijzigingen te betalen uit de schatkist. Dat voorstel werd echter verworpen.
Het belangrijkste uit de besprekingen rond het wetsontwerp waren: de verhoging van het luister- en kijkgeld bleef vrijwel onbesproken. De bedoeling was dat men vanaf 1 januari 1969 voor televisie 75 gulden per jaar ging betalen. Daarbij was het luistergeld inbegrepen. Het wetsontwerp ging ervan uit, dat wie televisie in huis had ook een radio bezat. De heffing voor radio's werd 24 gulden per jaar. De bedragen waren in 1968: luistergeld 18 gulden, kijkgeld 36 gulden. AOW-trekkers werden vrijgesteld van betaling van de kijk- en luistergelden.
Opmerkelijk was ook de wereld primeur die er voor de Nederlandse televisie op 29 oktober 1968 werd bekend gemaakt. Nergens ter wereld was er ooit voor damesverband eerder reclame gemaakt. Het was destijds nog helemaal niet lang geleden dat er nogal stilletjes werd gedaan over het aanschaffen van het damesverband, dat vooral destijds bij de drogist te koop was. Om niet al te veel op te vallen werd het voorzien van een bruin papiertje zodat anderen buiten de winkel maar niet zouden zien wat er was gekocht en daarmee de conclusie konden komen dat de maandelijkse periode weer was aangebroken.
Een woordvoerder van de STER wist te melden dat er spoedig verandering zou komen en dat het tijd was geworden om het product door slimme filmpjes vanaf het daarop volgende voorjaar via de reclameblokken meer aandacht te geven en het uit het stiekeme hoekje weg te halen. In Amsterdam was er een speciale bijeenkomst waar ook filmmaker J. B. Cirk van Joop Geesink Producties uit Amsterdam, welke onderneming het spotje ging maken, aanwezig was. Hij wist te melden dat de televisie commercial gemaakt zou worden voor het merk O.B.
Cirk vertelde over het concept van het te maken filmpje: “In een grote ‘O’ bedrijven vrouwen sport en spel. Op een gegeven moment gaat de ‘O’ zich vernauwen en verschijnt er een ‘B’ achter. Dat betekent dan zowel onbelemmerde bewegingsvrijheid als gewoon O.B. Nederland liep in de wereld duidelijk vooraan waar het om onbevangen brengen van vrouwelijke sekse op de televisie betrof. Denk maar aan de naam ‘Phil Bloom’. Ook werden velen gechoqueerd door een televisiereportage over een nudistenkamp.