Hitlerauto in Groningen?

tekst: Hans Knot  

 

In 1973 was er in Groningen de vraag of een van de gepantserde Mercedes Benz auto’s, waarin Adolf Hitler rond werd gereden en hij tevens parades placht af te nemen, ooit in Groningen was geweest. De vraag was al jaren eerder gesteld maar kwam weer naar boven toen in januari van dat jaar er een gepantserde Mercedes Benz was verkocht in het Amerikaanse Scottsdale, waarvan werd aangenomen dat deze auto van Hitler was geweest. Het leverde de vorige eigenaar liefst 153.000 dollar op, dat destijds voor een half miljoen gulden stond.

Carl Gustav Manneheim

Praktisch daags na de verkoop werd duidelijk dat de verkochte auto niet aan hem maar aan de Finse maarschalk Carl Gustav Manneheim had toebehoord. Wel ging daarna het verhaal dat de Fin de auto van Hitler cadeau had gekregen. Het bouwjaar was 1939. Zoals gesteld was het niet de eerste keer dat het onderwerp ter sprake kwam in de regionale krant. Zo was het de mogelijkheid voor passerende Groningers in de maand juli 1945 voor het stadhuis aan de Grote Markt zich te vergapen aan een prachtige Mercedes Benz, waarvan werd gesteld dat deze aan Hitler had toebehoord.

Tijdens de tijd dat de auto op de Grote Markt stond werd door de bij de auto behorende lieden, die geen Duitsers waren, ansichtkaarten van de paradeauto aan de man gebracht aan het toegestroomde publiek. Op de achterkant was er een tekst en uitleg te lezen in het Engels, Frans en Duits, waarbij de bijzondere kenmerken van deze Mercedes Benz naar voren kwam. De in 1930 geboren heer H Draaisma kocht in 1945 een dergelijke ansichtkaart en haalde daarmee het Nieuwsblad van het Noorden van 19 januari 1973.

Het bleek dat de kaart was gedrukt in Frankrijk. Zo was op de achterkant van de kaart te lezen dat er een 400 pk motor onder de kap zat, de banden 40 cellen hadden en de auto was voorzien van 40 mm dik kogelvrij glas.

En ja, de klein van stuk zijnde Hitler diende wat groter te worden gemaakt en zo waren de zitplaats als de voetenbank van hem 13 centimeter verhoogd. De bumpers waren van aluminium om de wagen wat lichter op de weg te laten liggen. Er was een compacte reservewiel aangebracht dat tevens diende als schild voor de motor. Beplating bestond uit met mangaan bewerkte pantserplaat. De benzinetank had een inhoud van liefst 300 liter. Naast andere informatie was te lezen dat de betreffende Mercedes Benz in 1942 was gebouwd en een gewicht had van liefst 4780 kilogram. Het kenteken op de auto begon met HB.

Eind jaren veertig werden de Groningers weer onthaald met een zogenaamde Hitlerauto. Die keer stond het voertuig geparkeerd op het Zuiderdiep in de buurt van een garagehouder, annex sloperij. Meer informatie daarover was echter in het artikel niet beschikbaar. Maar zes dagen later werd het duidelijk dat in die tijd kranten nog zeer van invloed waren en goed werden gelezen. Reacties waren er gekomen op de eerste beschreven belevenissen van de zogenaamde auto’s van Hitler, want op 25 januari 1973 konden we lezen dat daadwerkelijk een van Hitler’s Mercedessen op het Zuiderdiep had gestaan.

Dat was inderdaad enkele jaren na de Tweede Wereldoorlog het geval geweest. De betreffende auto was door de Gebroeders Mulder voor een bedrag van f 7500,-- gekocht, voor die tijd een wel heel hoog bedrag. De broers runden een autobedrijf aan het Zuiderdiep en na de eerste berichten in januari 1973 hadden ze contact gezocht met de redactie van het Nieuwsblad van het Noorden, dat eveneens aan het Zuiderdiep in Groningen destijds was gevestigd. Beiden woonden al lang niet meer in de stad en waren respectievelijk naar  Oosterhogebrug en Delfzijl verkast.

Toen ze bezoek kregen van een journalist van de krant kwamen ze prompt met allerlei materiaal aandragen, waaronder de foto van de auto op het Zuiderdiep, die geparkeerd stond voor het pand nummer 139, destijds de Scheepshypotheekbank. Het was tevens het gebouw waar vlak na het einde van de oorlog de Town Major zetelde. Ze vertelden dat ze niet geloofden in het verhaal dat overal auto’s van Hitler opdoken, maar waren er wel van overtuigd dat de door hen aangeschafte er een van de drie tot vier auto’s uit Hitler’s verzameling was geweest.

De betreffende Mercedes had, mits volgetankt, een gewicht van 3000 kilo en was voorzien van verschillende extra’s, zoals eerder omschreven. De Mercedes Benz was trouwens niet een zuinige auto. Volgens de Mulders was er een verbruik van 1 liter op 2 kilometer. Twijfel zal er bij de lezer zijn ontstaan bij de opmerking van de heer Mulder uit Oosterhogebrug dat de papieren van de auto op een bepaald moment waren gestolen. Papieren die hadden bestaan uit allerlei fraaie grote vellen voorzien van vele handtekeningen en lakzegels. Nonchalant gedrag was de oorzaak geweest en dus konden de heren niet echt bewijzen dat het om een van Hitlers speciale ingerichte auto’s was gegaan.

Men had de nodige veranderingen aan de carrosserie aangebracht en de auto omgebouwd tot stationcar, waarna de Mercedes Benz werd verkocht aan een Amsterdammer. De ombouw had men trouwens niet zelf gedaan maar laten uitvoeren door de firma Luchtenberg uit Uithuizen. En afsluitend wisten ze destijds te melden nooit te hebben geprobeerd een topsnelheid te rijden met de auto, die destijds gemakkelijk 120 kilometer per uur kon halen.

En nog steeds wordt er volop gehandeld in auto’s die zouden hebben toebehoren tot de stal van Hitler.

https://www.cnbc.com/2018/01/16/hitlers-wartime-mercedes-car-to-be-sold-in-scottsdale-arizona.html

https://www.seattletimes.com/seattle-news/how-hitlers-car-ended-up-parked-in-medina