tekst: Hans Knot
Recentelijk was er nogal wat ophef toen bleek dat ene meneer Willem Engel zogenaamde BN’ers had opgeroepen via hun sociale media bekend te maken dat men niet langer achter de corona voorschriften, opgelegd door de regering, wenste te staan en dus de regelgeving uit de weg ging. Zogenaamde BN’ers of lieden die zich zogenaamd Belangrijke Nederlander vinden. Alleen het begrip al. Ik denk dat het aan de persoon, die dit leest, zelf is om te beschouwen of zij/hij een bepaalde persoon een BN’er vind. De personen die zich tot hun volgers richtten hebben via hun fb account, twitter, instagram of welke vorm van sociale media dan ook, vele volgers waarbij ze te pas en onpas hun grootsheid en meer naar buiten kunnen brengen.
Sommigen van hen verschenen zelfs in radio- en televisieprogramma’s om hun mening te verdedigen en nogmaals hun redelijk grote aanhang van volgers een nieuwe boodschap te brengen. Ik doe niet meer mee werd binnen een paar dagen gelukkig een flop en kwam een deel van de betreffende personen tot de gedachte dat het toch niet zo’n goed idee was om de boodschap naar buiten te brengen en verwijderde men het bericht van het betreffende account. Ook verscheen weer een aantal op radio en televisie om vooral berouw te betonen. De vaak in mijn gedachten b-generatie van de BN’ers heeft het te gemakkelijk om snel naar buiten te treden om de fans te kunnen bereiken en soms met ongenoegen naar buiten te komen.
Een kleine halve eeuw geleden was het wel anders, we dienden het te doen met een paar radiostations, twee televisienetten, gelukkig met meer kranten en een aantal goede muziektijdschriften en weekbladen. De gossipbladen als Privé, Story, Weekend en meer bestonden nog helemaal niet en artiesten mochten blij zijn dat ze in een advertentie van hun platenmaatschappij voorkwamen of af en toe werden genodigd voor een live optreden via de radio en televisie. Ongenoegen kon sporadisch worden geuit. Maar een voorbeeld heb ik gevonden uit juni 1971. Het was de maand dat niet alleen het weekblad Loeloe, waar ik recentelijk over schreef, voor het eerst verscheen, maar ook al een tijdje werd geëxperimenteerd met een bijlage in de Panorama, genaamd: ‘Memo, informatie voor de mens van nu en morgen’. In deze bijlage semiwetenschappelijke onderwerpen, informatie rond bijvoorbeeld beeldende kunst, nieuwe platen en annonces aangeleverd door de lezers.
Maar voor in het blad was er ook ruimte voor ingezonden brieven en daar vond ik in de editie van de eerste week van juni 1971 een mooie ingezonden brief waarin een artieste, Marianne Meyer-Vroege, haar dank uitsprak voor het gegeven dat haar nieuwe plaat was uitgeroepen door de redactie van Panorama tot Tip-Top plaat van de maand. Ze stelde trouwens dat ze minder tevreden was over de uitlating dat ze het uiterlijk had van Mamma Cash, een van de dames van destijds de Mamma’s and the Pappa’s. Nee, Marianne was het geheel niet eens met deze uiting want ze stelde slechts 66 kilo te wegen terwijl Mamma Cash tot een veel hogere gewichtscategorie behoorde.
Maar, zo schreef Marianne, was vooral het artikeltje van de pen van Frank van Gelder in de bijlage ‘Memo’ beledigend te noemen. Het was destijds in nummer 18 van Panorama afgedrukt: ‘Maar als mevrouw Marianne-Vroege onder de artiestennaam Marianne Noble - Jesus shine your light on me, Jesus won’t you set me free – zingt en dan later verkondigt dat de hele tekst haar geen donder kan schelen en dat zij eigenlijk met al dat vrome gedoe niets te maken wil hebben tenzij zij met een dergelijk lied een platenopname kan forceren, waardoor ze weer wat geld kan verdienen, dan geloof ik dat zij er beter aan had gedaan om met haar stem van dit soort songs af te blijven’. Aldus het citaat uit het artikel van Frank van Gelder.
Marianne Meyer-Vroege, destijds woonachtig in Zwijndrecht, greep haar kans zich te verdedigen door te stellen: ‘Ik heb eens gezegd dat ik liever pop dan gospel zing, maar ik vind het vreemd dat de heer van Gelder hieruit de conclusie trekt dat het vrome gedoe mij geen donder kan schelen. Ik heb zeker geen plaatopname geforceerd, maar ben gevraagd dit lied te zingen. En ik ben van mening dat het een goede plaat geworden is, waar ik volkomen achter kan staan.
Het was dus een van de weinige mogelijkheden voor een artiest in het begin van de jaren zeventig van de vorige eeuw om van zich af te bijten. Marianne Noble was trouwens in 2018 één van de vier finalisten in The Voice Senior en op dat moment al 71 jaar. Liefst 51 jaar nadat ze in 1967 haar eerste single op het Delta label opnam. Ik vraag me af of men over een halve eeuw nog bij naam zal praten over die zogenaamde BN’ers die in 2020 niet langer mee wensten te doen.