tekst: André van Os foto: Met kogels doorzeefde filmblikken van de IKON-ploeg, coll. Beeld en Geluid (c) Jan van Heeren
In maart 1982 gaat een schok door omroepland als bekend wordt dat verslaggevers Jan Kuiper en Koos Koster, cameraman Joop Willemsen en geluidsman Hans ter Laag in El Salvador zijn vermoord. De ploeg maakt voor de IKON een documentaire in het door burgeroorlog geteisterde Midden-Amerikaanse staatje, waar linkse rebellen van de FMLN strijden tegen het door de VS gesteunde militaire regime. De vier Nederlanders worden ‘gedood door gericht vuur (...) van soldaten behorende tot het geregelde Salvadoraanse leger’, terwijl ze proberen de linies over te steken naar door de FMLN gecontroleerd gebied. Een storm van protest steekt op, maar de precieze omstandigheden van de hinderlaag worden nooit helemaal opgehelderd. Voor het ministerie van Buitenlandse Zaken schrijft Jan Willem Bertens twee rapporten, waarin cruciale vragen onbeantwoord blijven. Zeker is dat de Nederlandse overheid een niet al te hard standpunt wil innemen tegenover de door de Amerikanen gesteunde regering van El Salvador.
Een rapport van een VN-waarheidscommissie, dat elf jaar na de moorden verschijnt, wijst duidelijker in de richting van het leger maar verklaart ook niet het hele ‘hoe en waarom’. Journalist Arnold Karskens wijdt in zijn boek ‘Pleisters op de Ogen’ een uitgebreid hoofdstuk aan de moorden op de IKON-ploeg. De toenmalige machthebbers in El Salvador zagen journalisten niet altijd als afzijdige toeschouwers, maar rekenden hen ‘veelal tot het kamp van de linkse gewapende oppositie. Het verwijt is overdreven, maar niet geheel onterecht,’ merkt Karskens op. Koster en Kuiper werkten twee jaar voor hun dood actief mee aan de inzamelingsactie ‘Wapens voor El Salvador’. Ze fungeerden als geldkoeriers voor de hulporganisatie Wilde Ganzen, waarvoor ze op de dag van hun dood 30.000 dollar op zak hadden. Het lijkt erop dat zowel de militairen als de FMLN daarvan op de hoogte waren. Het geld is nooit teruggevonden. Koster negeerde waarschuwingen van het regime en van collega’s, die erop aandrongen het FMLN gebied via Honduras binnen te gaan. Er werden grote risico’s genomen, in een tijd dat iedereen het bovendien normaal vond dat een journalist tegelijkertijd een soort actievoerder was - en omgekeerd.