tekst: Hans Knot - foto: Leen Jongewaard als opa: door Menno Dekker
Niet lang geleden was kleindochter Femke bij opa een paar uur op bezoek en maakten we gezellig muziek en kwam opeens ook de muziek van ‘heel vroeger’ in de cd-speler. Het betrof de dubbel-cd met de liedjes uit de televisieserie ‘Ja zuster, nee zuster’ die in de tweede helft van de jaren zestig van de vorige eeuw miljoenen kijkers aan de beeldbuis deed kleven. Het was in de tijd dat zwart-wit televisie nog ver boven kleurentelevisie stond als het ging op het aantal uren aan uitzendingen. Bovendien hadden we toen in Nederland slechts de keuze uit het programma-aanbod van Nederland 1 en Nederland 2.
Uiteraard was Femke zeer nieuwsgierig wat voor spannende avonturen er dan werden beleefd in de serie en zo vertelde ik over zuster Clivia, de boze buurman, de opa en anderen die in de diverse verhalen voorkwamen. Een herinnering die mij bij stond was dat de oude opa, gespeeld door Leen Jongewaard, eens werd beschuldigd van het loslaten van een leeuw toen hij het circusterrein van Circus Boltini bezocht, maar uiteindelijk vrijuit ging omdat iemand anders de leeuw had doen ontsnappen. Verwend als de hedendaagse jeugd is met het kunnen terugzien van tal van televisieprogramma’s of het aanbod via forums als YouTube, was er natuurlijk de vraag of ze het ook mocht bekijken.
Helaas diende ik haar te vertellen dat er slechts korte fragmenten van de serie bewaard zijn gebleven omdat er vroeger een heel andere manier van opnemen en registratie was dan in de snelle wereld van internet en geavanceerde telefoons, waarmee je filmpjes kan maken. Dientengevolge was het vroeger ook allemaal veel en veel duurder en dienden Ampexbanden, waarop een aflevering was vastgelegd, na een tijd weer hergebruikt te worden voor de registratie van weer een ander programma. Voor de hedendaagse jeugd niet uit te leggen en te begrijpen.
Op 18 mei 1968 werd de negentiende aflevering in de serie ‘Ja zuster, nee zuster’ uitgezonden en werden er bijna 7 miljoen kijkers geregistreerd. Het was de laatste aflevering dat televisieseizoen, dat destijds altijd tegen de zomer afliep en na de zomer zou het programma nog een keer terugkeren op het scherm om daarna geschiedenis te zijn, waar trouwens bijna 50 jaar later nog vaak over wordt verhaald.
De opnamen van een fijne televisieserie, die op haar hoogtepunt stopte, zijn dan wel grotendeels gewist maar gelukkig bewaarde ik destijds de nodige aantekeningen en knipsels. Zo stelde regisseur Henk Barnard in een interview dat hij het jammer vond dat de stekker eruit ging want hij had nog best een jaartje willen doorgaan met de heerlijke teksten van Annie M.G. Schmidt en het gezelschap, waarmee hij de daaraan voorafgaande twee jaren zo fijn had samengewerkt.
Barnard destijds: “Het vormt een te grote belasting voor Annie en trouwens, voor ons allemaal." Henk Barnard werkte destijds al 13 jaar bij de VARA-televisie. Aanvankelijk was hij floormanager, later werkte hij als regisseur van vrouwen- en kinderprogramma's en soms werd hij ingezet bij de productie van culturele programma's. Barnard was het ook die aanvankelijk Pipo de Clown op de beeldbuis bracht, een zeer succesvol kinderprogramma in de jaren zestig.
“Ik wist dat Annie Schmidt al jaren geleden een dergelijke serie wilde schrijven. Ik heb het bijzonder fijn gevonden toen zij eindelijk door de VARA werd uitgenodigd. En wij hebben geluk gehad met de samenstelling van de cast. Succes kun je nooit tevoren voorspellen. Het is wel een succes geworden, dat wel. De kijkdichtheid is gemiddeld 75 procent geweest en vele avonduitzendingen halen dat niet en Annie heeft dus een enorme prestatie geleverd. Niet alleen door twintigmaal een goede tekst te leveren, maar ze schreef ook nog zestig liedjes, waarvan er minstens 4 de hitparade hebben gehaald."
Het team van ‘Ja zuster, nee zuster’ was destijds terecht een beetje trots op die grote kijkdichtheid en de grote waardering. Tien jaar eerder, toen Annie M.G. Schmidt de serie van Pension Hommeles schreef, had zij eveneens succes maar in die tijd werden er nog maar weinig tot geen buitenlandse televisieseries aangekocht. In de tweede helft van de jaren zestig werd het publiek geconfronteerd met de beste serieproducties die op de markt waren en die werden gemaakt in landen waar de televisie destijds niet zo’n stiefkindje was als in Nederland.
Dat ‘Ja zuster, nee zuster’ naast de concurrentie een dergelijk goed figuur sloeg was een extra compliment waard. Regisseur Barnard wilde destijds niet klagen, maar gaf wel toe dat voor een televisieserie in bijvoorbeeld Duitsland een grote staf gereed stond, en dat hij het, behalve met de technici en de acteurs, maar diende te doen met een staf van twee mensen.
6,5 Tot 7 miljoen kijkers voor ‘Ja zuster, nee zuster’ per uitzending. betekende dat er altijd wel een groot aantal mensen naar de pen greep om hun oordeel te geven. Volgens de regisseur bevatte de stapel brieven na iedere uitzending vrijwel zonder uitzondering waardering. Een enkele maal viel er iemand over een plat woord, dat zou zijn gebruikt, iets waar men een halve eeuw later niet meer over valt, laat staan dat het opvalt.
Henk Barnard: “Annie Schmidt schreef de werkelijkheid en sommige mensen willen die niet zien. Sommige buitenlandse producties zijn zo gepolijst en gestileerd dat ze te ver van de werkelijkheid afstaan. Dan herkennen de mensen zich niet meer in de situaties op het scherm. Dat deugt volgens mij ook niet. Overigens vind ik dat men niet alle verantwoordelijkheid in onze schoenen mag schuiven. Als iemand schrijft dat hij niet wil hebben dat zijn dochtertje van vijf jaar bepaalde woorden hoort, dient hij gewoon de knop om te draaien. Wij hebben zeker een bepaalde verantwoordelijkheid, maar deze ligt toch in de eerste plaats bij het gezin."
Barnard eindigde door te stellen dat hij aan ‘Ja zuster, nee zuster’ de prettigste herinneringen zou bewaren. Bovendien zouden volgens hem Zuster Clivia en opa nog lang in de herinnering van de kijkers voortleven. En kijk, bijna 50 jaar later is er ruimte voor een historische column over het destijds zo populaire familieprogramma. Menno Dekker was als beginnend fotograaf aanwezig tijdens een van de vele liefdadigheidsuitzendingen die op de Nederlandse televisie werden uitgezonden en maakte de mooie serie foto’s die bij deze column is afgedrukt. Het was de zogenaamde ‘Emmeractie’, waarvoor de opbrengst bestemd was voor het gehandicapte kind en welke actie plaatsvond op 9 mei 1969 in theater Carré in Amsterdam.