tekst: Hans Knot
Een heugelijk bericht kwam in de kranten op 15 januari 1976 nadat er vanuit de NOS gelederen bekend was gemaakt dat er schot kwam in de plannen om op korte termijn te komen tot een speciaal televisiejournaal dat gericht zou gaan worden op de hoogste klassen van de lagere school. Dat betekende voor de leeftijdscategorie van 9 tot en met 12 jaar. Reeds een half jaar lang was er door een speciale werkgroep plannen ontwikkeld die dienden te leiden tot het uitzenden journaalprogramma’s. De plannen werden vastgelegd in een rapport en officieel overhandigd aan zowel het bestuur van de NOS als die van de Nederlandse Onderwijs Televisie, kortweg de NOT.
In de plannen was terug te zien dat de leden van de werkgroep in de eerste plaats hadden vastgesteld wat de functie van zo’n journaal voor kinderen kon zijn. Men had zich daarbij ook getoetst aan buitenlandse voorbeelden van dergelijke uitzendingen. De conclusie was dat men kon gaan denken aan korte journaals in een vereenvoudigde vorm vergeleken met de journaal uitzendingen voor volwassenen. Nieuws bleef daarbij de belangrijkste factor maar er diende eenvoudige taal te worden gebruikt zodat het voor de leeftijdsdoelgroep begrijpelijke items werden.
Ook concludeerde de commissie dat er een duidelijke aansluiting op de maatschappelijke realiteit diende te komen. Ook stelde men dat naast de belangrijke dagelijkse gebeurtenissen er ook onderwerpen dienden te worden gebracht die de kinderen bewust dienden te maken van de maatschappelijke ontwikkelingen in het leven.
Het nieuws diende, zo was het advies, zodanig gebracht te worden zodat het voor de kinderen verstandelijk en emotioneel herkenbaar kon zijn. Er werd dan ook door de commissie gesproken over een educatief journaal.
Het educatief kinderjournaal diende in fasen te worden gerealiseerd, In de eerste fase, zo was het advies, zou in gesprek met kinderen worden gezocht naar een gewenste uitwerking van vorm en inhoud van de uitzendingen, waarbij in het bijzonder aandacht zou worden gegeven aan kinderen die van huis uit niet gewend zijn met informatie om te gaan en abstracte taal te gebruiken.
In de tweede fase was het de bedoeling een aantal proefprogramma’s uit te zenden om op die manier te kunnen nagaan hoe deze vorm van uitzending beleefd zou worden in de scholen. Daarna kon, zo meldde het rapport, worden overgegaan naar regelmatige uitzendingen, bijvoorbeeld één keer per week. Het duurde uiteindelijk tot 5 januari 1981 dat het allereerste Jeugdjournaal door de NOS werd uitgezonden, in presentatie van Leontien Ceulemans. Vijf keer per week was het in eerste instantie te zien. Gelukkig is de opname van deze allereerste uitzending bewaard gebleven: bekijk op YouTube