tekst: Hans Knot
Als we kijken naar zijpaden die te maken hebben met het radiogebeuren, dient zeker ook te worden genoemd dat het veelvuldig draaien van bepaalde songs via de radio van invloed was op de omzet van de diverse platenmaatschappijen. Vooral in de hoogtijdagen van de singleverkoop, eind jaren zestig en de eerste helft jaren zeventig van de vorige eeuw, kwam dit mede doordat niet alleen door de publieke omroepen nieuwe muziek ten gehore werd gebracht, maar ook omdat stations als Radio Noordzee en Radio Veronica vooral de vrolijke geluiden de ether in stuurden.
Er is veel over geschreven: de poging in opdracht van Radio Veronica concurrent Radio Noordzee uit te schakelen op 15 mei 1971. Dit leidde tot een brand aan boord van het zendschip MEBO II. In eerste instantie leek het dat Radio Noordzee het loodje zou leggen en er spoedig zou worden ingegrepen door de overheid en er een verbod zou komen op de uitzendingen gericht op Nederland vanuit internationale wateren. Nadat er heel veel publiciteit in de media was geweest inzake de aanslag begon men binnen de platenindustrie, waar de omzetten steeds hoger bleken te zijn, te vrezen voor een niet goede toekomst. Er werd zelfs openlijk in de media naar buiten gebracht dat, mocht de regering tot verbod overgaan dit zeker een omzetdaling van minimaal 15% zou betekenen.
Gelukkig was niet iedereen het daarmee eens. Neem bijvoorbeeld Rolf ten Kate van Phonogram, die na publicatie van de te verwachten omzetdaling een andere mening had en de toekomst niet zo somber inzag: “Gezien van het feit dat ik me in dezen strikt neutraal opstel, wil ik toch dit zeggen. Het is in de platenwereld moeilijk om te voorspellen wat de financiële consequenties van het eventueel verdwijnen van de zeezenders zullen zijn. Want wat draagt aan de promotie van een plaat het meeste bij? Het adverteren, de folders, de raamstickers, de persconferentie gevolgd door de verhalen in de kranten, of het draaien van de plaat of het eventueel in de spotlight zetten van de betreffende artiesten via de televisie?”
Ten Kate gaf wel aan dit via dure enquêtes kon worden uitgezocht maar dat was volgens hem tot op dat moment nooit gedaan. Wel gaf hij toe dat auditieve reclame erg belangrijk was, maar hoe stond het in verhouding tot de door hem opgesomde andere reeks. Wel gaf hij toe dat de platenmaatschappijen een goede promotie zeker nodig hadden en dat dit, met de eventuele komst van een verbod, grotendeels zou wegvallen: “Goed, Radio Veronica en Noordzee vallen straks weg als popstations. Dat dat nu echter ogenblikkelijk schade voor de platenmaatschappijen betekent, zie ik niet. Als alle lichte radiostations ineens ophielden te bestaan, dan uiteraard wel.
Hij bleek toch hoop te hebben te kunnen rekenen op de kracht van het popstation van de publieke omroepen: “Hilversum 3, dat — hoe je er ook over denkt — toch de hele dag' popmuziek uitzendt. Ik voor mij geloof niet dat het publiek zo loyaal is aan één radiostation. Het zal volgens mij bij het ontbreken van Veronica en Noordzee gewoon overstappen op Hilversum 3, zonder een spier te vertrekken. Er is trouwens geen trouw aan een ‘merk’. Een paar dagen zal men onthutst zijn over het in de grond boren, maar daarna zal men zich er niet meer koud of warm over maken.”
Ten Kate had dus duidelijk andere gedachten dan een grote groep Nederlanders, die 45 jaar later nog steeds praten over het onrecht dat hen is aangedaan met het invoeren van wettelijke maatregelen tegen de toenmalige zeezenders.
Karel Hille, destijds werkzaam bij de platenmaatschappij Bovema, was wat minder optimistisch. “Een direct gevolg van het verdwijnen van Radio Veronica en Radio Noordzee is dat platen op Hilversum 3 langer in de hitparade zullen blijven staan. Dat wijst het verleden uit. Vergeet niet dat een plaat, die veel door de zeezenders en Hilversum 3 gedraaid wordt een ontzettend snel verloop heeft. Dat heeft als nadeel dat de mensen er erg snel zijn uitgeluisterd.”
“Volgens mij gaat de zaak hierom. Er komen per week zeer veel nieuwe grammofoonplaten uit. Door de spreiding van popstations komen die platen al snel aan bod om gedraaid te worden. leder station pikt uit het aanbod iets naar eigen smaak. Dat kan soms hetzelfde muziekje zijn, maar dat gaat lang niet altijd op. De Alarmschijf van Radio Veronica bijvoorbeeld is toch vaak anders dan de keuze voor de Troetelschijf van Hilversum 3. Als Veronica en Noordzee weg zijn, dan is die spreiding ineens verdwenen. En kan Hilversum 3 dan dat verschrikkelijk grote aanbod van nieuwe platen wel opvangen? Zoveel tijd heeft Hilversum 3 ook niet tot zijn beschikking.”
Karel Hille gaf ook eerlijk toe dat door het draaien van vele platen door de zeezenders de kans tot succes werd vergroot, die deze zonder de inbreng van deze stations zeker niet zouden hebben gehad. “De mogelijkheden zullen straks angstig inkrimpen en de tactiek van de platenmaatschappijen zal dan ook zeker zijn om minder singles op de markt te brengen, maar dan wel platen die qua inhoud meer gericht zijn. Nu wordt er nog te vaak gedacht van ‘doe maar, we zien wel wat het wordt’. Voordeel is echter wel dat er in de toekomst minder missers zullen zijn als het gaat om uitgebrachte platen.”
Gelukkig voor de platenmaatschappijen duurde het nog meer dan drie jaar alvorens de wet van kracht werd en was er na die tijd nog volop activiteit van andere radiostations, die de producten van de platenmaatschappijen extra wensten te ondersteunen via het, al dan niet betaald, draaien van de nieuwe muziek. Maar de maatschappijen bleven dankbaar richting Veronica wat weer bleek uit speciale advertenties die, na het bekend worden dat Veronica als de VOO werd toegelaten tot het publieke omroepbestel, in dagbladen en het Veronicablad verschenen.
bronnen: GPD, Veronicablad, Freewave Nostalgie archief.