tekst: Hans Knot (2015)
Terugdenkend aan het minder gejaagde leven van in de jeugd herinner ik met de enorme bouwput die er in het eind van de vijftiger jaren van de vorige eeuw was op de hoek van de Grote Markt en de Oude Ebbingestraat in Groningen. Als gevolg van de bevrijding van de Martinistad Groningen was in de lente van 1945 de noordzijde van de Grote Markt totaal weg gebombardeerd en in de daarop volgende jaren werden stap voor stap nieuwe gebouwen uit de grond gestampt. Als nieuwsgierig Aagje wilde ik wel eens weten wat er zoal in de bouwput gebeurde en ging er regelmatig kijken.
Vrij snel werd het duidelijk dat er een heus warenhuis werd gebouwd dat de naam Vroom en Dreesmann zou meekrijgen, een naam die ik tot op dat moment nooit eerder had gehoord. Al vrij snel na de opening werden er met regelmaat bezoekjes gebracht aan de winkel. Tal van producten waren er te koop en je kon er wel een huis mee inrichten. Zelfs was er aan vakanties gedacht want op de bovenste, voor de verkoop in gebruik zijnde verdieping, was er een constante campingshow en denk ik graag nog terug aan de grote speelgoedafdeling.
Zo had iedere verdieping wel iets speciaals zoals een beddenafdeling, een meubelafdeling, radio- en televisieafdeling, een discobar en in de kelder zelfs een grote supermarkt. Het waren de tijden dat de economie na de oorlog begon aan te trekken en de huisvrouw, want daar was Vroom en Dreesmann vooral op gericht, meer had te besteden en bij dit warenhuis onder een dak bijna alles van haar gading kon vinden.
Recentelijk was ik weer eens in hetzelfde gebouw, een rommelig geheel van allerlei bedrijfjes die binnen de onderneming ruimte hebben gehuurd om hun, redelijk dure producten, aan de vrouw en man te brengen. Verkoopster en bedienend personeel, dat vroeger in overvloed aanwezig was, zie je er nu in mindere mate waarbij je soms even dient te zoeken waar op een vloer een kassa is. Een deel van de kelder staat zelfs helemaal leeg nadat een bedrijf, dat zich had ingehuurd, failliet is verklaard. Nee, het assortiment is bij lange na niet meer zo groot als voorheen, want vroeger werd er zelfs uitgebreid aan de man gedacht, tenminste als hij een visser was.