tekst: Hans Knot foto: Mebo II, door Rob Olthof
Luisteren naar Radio Noordzee was de naam van een report opgemaakt door het Nederlands Centrum voor Marketing Analyses NV, gevestigd aan het Sarphatipark in Amsterdam. Het werd opgesteld ten behoeve van de N.V. Exploitatie Maatschappij Radio Noordzee Internationaal i.o. te Hilversum. I.o. stond voor “in oprichting”. Het rapport kwam uit op 21 juli 1971. Voornoemde organisatie had voorheen al twee keer eerder een onderzoek uitgevoerd naar het luisterbereik in Nederland van Radio Veronica, Radio Luxembourg, Hilversum III en Radio Noordzee.
Als maatstaf voor het luisterbereik was gehanteerd het aantal personen van 15 jaar en ouder dat in zeven dagen voorafgaand aan de enquêtedatum naar de betreffende stations had geluisterd. De enquêteperiode van het eerste onderzoek liep van 13 t/m 19 maart 1971, dus vlak nadat Radio Noordzee met een Nederlandstalige service in de ether was gekomen. In die periode werden 1000 personen ouder dan 15 jaar ondervraagd. De tweede periode was van 6 tot en met 10 april 1971, waarna het derde onderzoek werd gedaan tussen 19 en 25 juni om de ontwikkeling in het luisterbereik te kunnen volgen. Mede was men benieuwd wat de aanslag op het zendschip van Radio Noordzee in opdracht van medewerkers van Radio Veronica tot gevolg had op de luistercijfers.
In het voornoemde rapport, waarbij vermeld dient te worden dat bij de twee laatste onderzoeken telkens 500 personen werden ondervraagd, gaf het rapport destijds een vergelijkend onderzoek. Ik zal niet een uitgebreide analyse uit het rapport naar voren halen maar een korte samenvatting geven van de resultaten. Begin april 1971 lag het percentage van luisteraars boven de 15 jaar op 36%. De cijfers voor de andere radiostations lagen respectievelijk op 48% voor Veronica, 17% voor Radio Luxembourg en 63% voor Hilversum III. Eind juni bleek uit het onderzoek dat luisteren naar Radio Noordzee was gestegen naar 41% en Veronica enigszins terugliep naar 45%. Beide andere stations bleven constant vergeleken met het onderzoek uit april 1971.
Het onderzoeksbureau had ook een berekening gemaakt geprojecteerd op de totale bevolking boven de 15 jaar van destijds en kwam tot de conclusie dat eind juni 1971 er een bereik was van 4 miljoen regelmatige luisteraars. Na de aanslag op het zendschip van Radio Noordzee steeg het aantal luisteraars tussen de 25 en 34 jaar extreem van 35% in begin april tot 52% eind juni. In de leeftijdsgroep 15 tot en met 24 jaar werd Radio Veronica in juni voorbijgestreefd met 71% aan Noordzee en Veronica dat in die groep op 64% uitkwam.
Men had tevens berekend waar in Nederland de grootste groei aan luisteraars was gehaald getuige de cijfers van eind juni 1971. Grote winnaars waren de regio Oost en Zuid respectievelijk van 33 naar 46% en Zuid van 22 tot 38%. Ook kwam uit het onderzoek naar voren dat van de luisteraars naar Radio Noordzee men gemiddeld 4,9 van de 7 dagen per week wel eens op het station afstemde. Begin april stond dit percentage op 4,6 dagen.
Opmerkelijke opkomst van Radio Noordzee in de regio Oost en Zuid. Hoe ging het dan met de ontvangst in de regio Oost destijds? Ik heb Herbert Visser bereid gevonden zijn ervaringen van destijds eens aan het papier toe te vertrouwen en hij kwam met de volgende eigen belevingen van destijds en heden ten dage. ‘Bij daglicht waren zowel Radio Veronica als Radio Noordzee prima te ontvangen in Zevenaar. Wel was Radio Noordzee sterker, maar dat was ook logisch. Radio Noordzee draaide op zo’n 20 kilowatt en bij Radio Veronica kwam er hooguit een halve kilowatt uit de antenne (Veronica stopte zo’n 7 a 8 kilowatt in de antenne maar er kwam nog geen halve kilowatt uit). Zodra het donker werd, waren beide stations verdwenen op het kleine simpele Nordmende transistorradiootje dat ik destijds had.
Ik kon op dat simpele transistorradiootje vier jaar later ook naar Radio Delmare luisteren. Wel diende ik destijds allerlei toeren uit te halen zoals mijn ene hand op de radio en de andere op de verwarmingsradiator en dergelijke leggen, maar dan kon ik de uitzendingen van Radio Delmare redelijk hoorbaar volgen. En Radio Caroline op 192 kwam ook overdag goed beluisterbaar door, ondanks dat het zendvermogen van Radio Caroline in de jaren zeventig van de vorige eeuw maar twee kilowatt was (bron: Peter Chicago). De multiplexer aan boord van de Mi Amigo kon meer vermogen niet aan terwijl ook Radio Mi Amigo in de lucht was.
Aan boord van de Ross Revenge stond een betere multiplexer; en in de periode dat ik daar aan boord was, stond Radio Monique te draaien op 23 kiloWatt op 963 kHz en Radio Caroline met een kilowattje of 8 op de 558.
Overigens is Radio Caroline sinds september 1974 nooit zo goed te ontvangen geweest als nu op de 648 kHz. Weliswaar waren de signalen overdag vanaf de Mi Amigo en zeker vanaf de Ross Revenge met de hoge zendmast sterker dan nu. Maar zodra het donker was kwamen de signalen door van de buitenlandse rechtmatige gebruikers van de frequenties en werden op bijvoorbeeld de 259 meter de signalen vanaf zee doorspekt met de signalen van de Hongaarse Staatsradio.
Nu echter is het signaal op 648 kHz ook in de avonduren nog goed beluisterbaar. Dus heeft over de hele dag beschouwd Radio Caroline anno nu in de Benelux een betere AM-ontvangst dan toen Radio Caroline nog een zeezender was.’