Column: kijk- en luistergeld

tekst: Hans Knot

Hoeveel objecten als radio-ontvangers, televisietoestellen, computers, mobiele telefoons en meer zullen er in een gemiddeld gezin aanwezig zijn? Ik stel die vraag omdat er een tijd was dat elk toestel wel meetelde als het ging om de betaling van kijk- en luistergelden in Nederland. Ik neem je mee naar 1 augustus 1968 toen ik uit de krant Nieuwsblad van het Noorden, destijds gevestigd aan het Gedempte Zuiderdiep in mijn woonstad Groningen, een artikel uitknipte met als doel het vast te leggen voor de historie.

Inmiddels zijn we 55 jaar later en wil ik je laten delen met de voor deze tijd onwaarschijnlijke manier om mensen mogelijk van een strafbaar feit te betichten. De overheid was destijds vooral geïnteresseerd in mensen die de kijk- en luistergelden niet betaalden en derhalve werden er zogenaamde opsporingsbrigaden ingezet om zogenaamde zwartkijkers en – luisteraars te betrappen.

Zo werd in augustus 1968 door de speurders het Groningse dorpje Leermens bezocht. Niet alleen een dorp voor mensen die er dagelijks aanwezig zijn maar ook voor hen die in Leermens een tweede huisje hebben en er voornamelijk in de weekenden vertoeven en ook in de zomervakantie zoveel mogelijk buiten kunnen genieten van alles wat mooi Groningen kan brengen. Een beeldje in het dorp was eerder geplaatst waarvan een van de tijdelijke inwoners meende er een bordje bij te plaatsen met de tekst: ‘de rustieke recreant’.

Dan werd er aangebeld aan een van de vele huizen in het dorpje en wisten de ambtenaren, die dienden te speuren naar overtreders hoe het zou gaan. Even wachten in de hal want binnen was het een rommeltje, dat eerst diende te worden opgeruimd. In werkelijkheid ging het dan om snel het verstoppen van de radio of de televisie, want de kijk- en luistergelden waren niet betaald. Men kon niet aantonen, middels een betalingsbewijs van het postkantoor, waar vooral de verplichting voldaan diende te worden, dat er aan de verplichting was voldaan.

Een van die opsporingsambtenaren was destijds de heer Maaskant die stelde in de krant: ‘Dikwijls hoor je de stekker over de vloer rammelen en als je dan eindelijk de kamer in mag, doen ze alsof ze zelfs nog nooit van een radio of televisie hebben gehoord’ Samen met zijn andere controleurs dook hij op gezette tijden op om clandestiene kijkers en luisteraars op te sporen, zoals in elke provincie door zo’n team werd gedaan. Op één van de drie bezochte adressen was het in die tijd raak, waarna de wanbetalers een boete kregen en achterstallige betalingen op de koop toe kregen.

Jarenlang diende je ieder kwartaal als vader je verplichting tot betaling via het postkantoor te doen, dan wel door een van je gezinsleden uit te laten voeren. Het dient medio 1966 te zijn geweest dat deze speciale opsporingsdienst het gebruik van een computer had ingevoerd. Voordeel was dat feilloos alle Nederlanders, die aan de verplichting kijk- en luistergelden te voldoen op een overzichtelijke manier werden geregistreerd, waardoor minder huisbezoeken hoefden te worden afgelegd. Immers was het alleen nodig die huizen te bezoeken die niet werden genoemd in de computerbestanden. Eindeloos huis aan huis bezoeken van de controle ambtenaren was dus niet meer nodig wat een hele boel tijd- en werkbesparing betekende.

Verleden tijd was het gesnauw van te bezoeken huisgezinnen natuurlijk niet want vele wanbetalers probeerden onder de verplichtingen tot het betalen van de kijk- en luistergelden uit te komen door te beweren dat de administratie van de overheidsinstelling niet op orde was en er zeker wel betaald was.

Men kon zeggen wat ze wilden maar de controledienst was goed geïnformeerd. Als verklaring hiervoor gaf de eerder gememoreerde Maaskant aan dat alle handelaren in radio- en/of televisietoestellen verplicht waren op te geven aan wie en wanneer een toestel was verkocht. Met die lijsten in de handen hadden de controleurs al de nodige bewijsvoering. Gelukkig was er bij bezoek van een controleur de mogelijkheid je direct aan te melden om alsnog de betalingsverplichting na te komen, zodat een boete werd voorkomen.


reactie van Ruur Poeze: 

Leuk verhaal weer Hans. Zeker omdat wij thuis zijn betrapt door de brigade. Er stond geen antenne op het dak en de (kleuren) TV was verborgen in een kast. Mijn Pa gaf toe dat er wel degelijk een TV was, en zei dat het toestel er nog maar net stond, wat waar was, want daarvoor was het een zwart wit, en dat werd niet vermeld. Als excuus was het verhaal dat er reclame was, en dat het toch wel vreemd was dat er dan ook nog luister en kijkgeld betaald moest worden. Want op Aruba, waar we een tijd gewoond hadden, was er TV reclame, maar geen luister en kijkgeld. Ter plaatse inderdaad opgegeven, geen boete, en we hadden toch maar mooi vanaf 1968 tot 73 of 74 "gratis" gekeken. Dat betalen, nu via de belasting, voor publieke omroep EN de vele reclame blijft ook voor mij iets van dubbel genaaid.