De column van een lezer

tekst: Wouter Dijk                                                  foto: Provoboot Amsterdam, 1967

Wat maakt de wereld nu mooier dan dingen doen die niet mogen, althans niet behoren te mogen. Nou ja, in mijn jeugd, jaren 60 vorige eeuw, luisterde je naar radio-zeezenders. Stations die eigenlijk niet mochten van de overheid, maar het toch deden. Nette mensen luisterden niet naar zeezenders. Het was net niet verboden en de muziek was een hels kabaal. We reden op brommers, ik had een Puch-hoogstuur, wat niet verboden was als je je netjes aan de regels hield en dat deden we dus niet.

Twee nozems op de brommer, 1965

We gingen naar dansfeestjes en ook dat was verboden want er werd uitbundig of slow gedanst, ook al niet netjes. We waren losgeslagen. Wij begrepen de oudjes, de grijze heren en de bloemetjesjurken niet. En zij ons niet. We draaiden plaatjes in donkere discotheken. We luisterden met transistorradio’s in parken, plantsoenen en op stranden naar waar we The Beatles, The Rolling Stones, allemaal schreeuwers hoorden, zeker niet netjes in de ogen van de ouderen. We kwamen in opstand, werden Provo, Nozem of Vetkuif en zonder dat we het wisten waren wij ineens cultuur, een instituut. Gadverdamme!

En daarna? Wel daarna was er niet veel meer aan. In de jaren '80 nog wat uitlopers als het om de zeezenders ging, maar het was gedaan met de pret, iedereen werd serieus. Elke gek die kon zingen maakte muziek, noem alle varianten en stijlen maar op. Pop was op. Ja voor ons dan. Want de jeugd van tegenwoordig swingt niet, heeft niets om zich tegen af te zetten. Mijn hemel wat een armoede!

Iedereen moet vooral netjes, met als gevolg netjes is de norm. Gadverdamme alweer. Radio, mijn hemel wie luistert nog radio? Natuurlijk de radio-zeezenders werden ook opgericht door nette heren. Maar wilden wel iets doorbreken, namelijk de ‘zuilen’. Natuurlijk omdat ze er politiek of financieel belang bij hadden. Maar de tijdgeest haalde hen in. En die was wel even anders dan nu, men is terug bij af, netjes dus. Tja, en toch in alle tijden zijn er verlichte geesten die aanvoelen dat er iets moest veranderen.

Ik heb die tijd meegemaakt en het zal nog wel een tijdje duren voor er nieuwe ‘radio-zeezenders’ opstaan. Van de politiek hoeven we niets te verwachten, van de muziek ook niet meer. Het theater is allang een nette boel. En de gelovigen vliegen elkaar ook maar in de haren, alhoewel dat verkeerd netjes is. Nee, dat wordt het niet. Dus ja, wat zal het worden? De klimaatbroeders dan? Ook niet, goed bedoeld hoor, maar daar vang je de tijdgeest ook niet mee. Tijdgeest, wat moeten we daar trouwens onder verstaan? Een kenmerkende manier van denken en handelen van het merendeel van de bevolking in een bepaalde tijd. Gadverdamme. Juist niet, tegen het merendeel ingaan, dat is tijdgeest. De gevestigde orde een beuk geven. Ja toch? Nou dan! Nou vergeet het maar ze zijn er nog niet klaar voor. Zullen de generaties na ons ooit onze tijdgeest begrijpen? Ik vraag het me af. Aan het archiefmateriaal van ene Hans Knot ‘de ethertovenaar’ zal het niet liggen. Ha, ha!!