tekst: Hans Knot
Als je nu de toto of de een of andere loterij speelt valt het een en ander snel na trekking te controleren en als je goed op je spullen let kan er weinig misgaan. Hoewel het nogal eens voorkomt dat een uitgeloofde prijs niet wordt opgeëist omdat de betrokken persoon simpelweg heeft vergeten te checken of hij of zij tot de winnaars behoort. Bij een grote geldprijs wordt dan nog eens in de kranten vermeld dat bijvoorbeeld een kwart miljoen in Alkmaar is gevallen en gehoopt wordt dat de winnaar zich alsnog voor een bepaalde dag meldt.
Hoe ging dat in 1970 met de toen 23-jarige slager Houtvast uit Schinnen in Limburg? Het bleek dat zijn formulier van de voetbaltoto, dat hem minimaal 85.000 rijker zou maken- destijds heel veel geld- totaal kwijt was geraakt. Een week lang had hij samen met zijn vrouw gehoopt dat het formulier boven water zou komen en uiteindelijk stelde hij in de lokale krant dat er niets meer aan te doen was en het de strop van zijn leven was geworden.
Na een week kreeg hij vanuit het hoofdkantoor van de voetbaltoto gemeld dat hem geen enkele cent zou worden uitgekeerd. De slager had beweerd dat het formulier, door hem ingevuld, tijdig bij de administratie van de plaatselijke voetbalvereniging was ingeleverd en voorzien was van de nodige zegels, zoals destijds gebruikelijk was. Op de daarop volgende maandag ontdekte hij dat hij dertien goed had op het betreffende formulier.
Direct de dag erna, de dinsdag dus, haalde hij bij de S.V. Schinnen de prijsmeldingskaart op om die in te vullen en op te sturen naar het bondskantoor in Den Haag. Maar die dinsdag kwam er vanuit de administratie van de club S.V. Schinnen het bericht bij de slager binnen dat op de lijst van deelnemers van het voorgaande weekend zijn naam helemaal niet voorkwam bij de administrateur. Vervolgens nam de slager direct contact op met het kantoor in Den Haag en kreeg Houtvast te horen dat zijn formulier ook niet in de enveloppe, ontvangen uit Schinnen, zat. Houtvast stelde voor een duplicaat op te sturen van het formulier dat hij als bewijs had gekregen, immers zaten daar ook zegels op als zijnde bewijs van betaling. Hij kreeg toen te horen, uit monde van woordvoerder Geurts, dat de kopie formulier, die aan Houtvast was gegeven, totaal geen rechtsgeldigheid had als het origineel niet bij het bondsbureau was binnengekomen, hetgeen inderdaad het geval was geweest. Vanuit de vereniging werd gemeld dat men inderdaad het formulier had ontvangen maar niet bekend was wat ermee was gebeurd. Of Houtvast daarna nog in de toto heeft gespeeld lijkt mij onwaarschijnlijk.
Een ieder kan tegenwoordig zijn eigen vlog maken en via een eigen kanaal, bijvoorbeeld op YouTube, gaan uitzenden. Maar hoe zat dit een halve eeuw geleden? Ikzelf was nog tot 1975 verwijderd van het werken met professionele video’s totdat ik aan de slag ging bij de Universiteit en video’s werden gemaakt vooral gericht op het testen van kinderen.
In 1970 was er in het nieuws dat een Brussels bedrijf, de N.V. Gardy dat ruim 500 werknemers in dienst had, een televisiesysteem in het leven had geroepen om de werknemers op gezette tijden op de hoogte te kunnen houden van hert bedrijfsnieuws. Het besluit daartoe was genomen door de overtuiging dat een vooruitstrevend beleid op sociaal, technisch en economisch gebied spaak kon lopen en tot conflicten kon leiden als deze niet duidelijk zou overkomen bij het personeel.
Televisie als redelijk nieuw medium was volgens de directie de oplossing van de eventuele problemen. Slechts enkele dagen eerder was via de televisie zichtbaar gemaakt in de nieuwsbulletins op de televisiestations rond de wereld dat de achterkant van de maan voor ons zichtbaar was gemaakt door de astronauten die een aantal dagen, met gebruik van de Apollo 8, een reis in de ruimte en rond de maan hadden gemaakt.
Een bijkomend probleem voor de Brusselse onderneming was dat ruim de helft van de werknemers uit het buitenland afkomstig was achtte de directie van de N.V Gardy het gevaar van ernstige communicatiestoornissen als gebruik zou worden gemaakt voor het overbrengen van inmiddels klassieke vormen van personeelsinformatie via mededelingenborden en eventueel een mededelingenrubriek in een bedrijfsblad.
In de fabriek werd vervolgens een gesloten televisiecircuit aangelegd waarbij 28 televisietoestellen werden geplaatst waar gezamenlijk op gezette tijden naar de bedrijfsbulletins, in meerdere talen, kon worden gekeken. Voor het samenstellen van de vooraf in eigen studio opgenomen programma's werden twee journalisten aangetrokken. Tijdens een proefperiode kwamen er om de veertien dagen uitzendingen van vijf tot tien minuten. Later werd de frequentie opgevoerd tot wekelijkse uitzendingen.
De twee journalisten hadden tot taak gekregen het personeel objectief voor te lichten over de sociale, economische, technische en commerciële aspecten van het bedrijf. Ze dienden daartoe het leven in het bedrijf op de voet te volgen en te rapporteren aan de werknemers. Om te voorkomen dat een van de partijen in het bedrijf, directie of personeelsraad, de uitzendingen trachtte te manipuleren, was bepaald dat telkens als een programma over algemene voorwaarden handelde, ieder van de partijen een vetorecht had. Het Belgische bedrijf claimt het eerste te zijn dat deze vorm van moderne communicatie introduceerde.